Tuimelaar
Tuimelaar (Tursiops truncatus). Illustratie: Rob van Assen - © ArtBoutique
Classificatie
Klasse: Mammalia (zoogdieren)
Orde: Cetacea (walvissen)
Onderorde: Odontoceti (tandwalvissen)
Familie: Delphinidae (dolfijnen)
Geslacht: Tursiops
Soort: Tusiops truncatus (tuimelaar)
De tuimelaar wordt wel in twee ondersoorten verdeeld en soms zelfs in verschillende soorten. In Europa komen waarschijnlijk twee ondersoorten voor: Tusiops truncatus truncatus (noordelijk deel van de Atlantische Oceaan) en Tusiops truncatus ponticus (Zwarte Zee).
Namen
Engels: bottlenose dolphin, bottlenose porpoise, cowfish, bottle-nosed dolphin, Atlantic bottlenose dolphin, Pacific bottlenose dolphin.
Frans: le grand dauphin, le souffleur, le dauphin à gros nez, tursiops
Spaans: tursión, delfín mular, pez mular
Duits: große Tümmler, Großtümmler
Foto's: FIRMM www.firmm.org
Beschrijving
De tuimelaar heeft een robuust en gestroomlijnd lijf. Zijn rugvin (ca. 23 cm hoog) is geplaatst halverwege het lichaam. Het achterste deel is sterk gebogen. Staartvinnen ca. 60 cm spanwijdte. Borstvin 30 - 50 cm lang. Stompe snuit (ca. 8 cm lang). Onderkaak korter dan de bovenkaak. 20 - 28 paar scherpe, kegelvormige tanden in boven- en onderkaken. Deze dolfijnensoort heeft grote hersenen.
Kleur
Zwart of donker grijsbruin op de rug, lichte buik.
Lengte
Volwassen dieren: 1,75 - 4 meter (mannetjes aanzienlijk groter dan vrouwtjes. De lengte is ook afhankelijk van de geografische spreiding, dieren aan de kust zijn kleiner dan de dieren in de oceaan); pasgeboren dieren: 0,85 - 1,26 meter.
Gewicht
Volwassen dieren: 90 - 650 kilo; pasgeborenen: 9 - 11 kilo.
Verspreiding
Tuimelaars komen voor in alle koude, gematigde en tropische wateren, zoals de Middellandse Zee, de Zwarte Zee, Noordzee (hoewel niet vaak) en de Baltische Zee (inclusief de Golf van Finland). Ze komen zowel op volle zee als langs de kust voor.
© 2003 Kustvereniging EUCC, Leiden
Migratie
Sommige tuimelaars langs de kust trekken niet weg. Andere tuimelaars langs de kust kennen seizoensgebonden migratie of trekken af en toe weg. Er is niet veel bekend over tuimelaars op volle zee, mogelijk volgen zij hun prooi als die migreert.
Habitat
Tuimelaars komen zowel aan de kust als op volle zee voor. De soorten die aan de kust leven geven de voorkeur aan wateren met een diepte van ten hoogste 30 meter. Hun habitat kan erg verschillend zijn: rotsachtige riffen, kalme lagunes, open water en riviermondingen (soms zwemmen ze een rivier op). Ze komen voor in koude, gematigde tot tropische wateren.
Voedsel
Tuimelaars eten vooral zeedieren die in scholen zwemmen en op de bodem voorkomen, zoals diverse vissoorten, inktvis, octopus, garnalen, krill en andere schaaldieren. Tuimelaars aan de kust eten ander voedsel dan de soorten op volle zee. Ze eten ongeveer 6 à 7 kilo per dag.
Gedrag en voortplanting
Foerageren
Tuimelaars jagen meestal alleen, maar soms ook in groepsverband. Ze drijven kleine vissen bijeen zodat ze deze kunnen vangen.
Sociaal gedrag
De groep bestaat meestal uit minder dan 20 dieren, maar er zijn uitzonderingen. Een tuimelaar kan zich individueel handhaven, maar ook groepen van 10 tot 100 dieren (langs de kust) tot enkele honderden (op volle zee) worden wel waargenomen. Scholen zijn vaak verdeeld in groepjes van hetzelfde geslacht, dezelfde leeftijd of in groepjes van moeders met jongen. Ze worden vaak gezien in het gezelschap van andere walvissen.
Geluid
Tuimelaars maken verschillende geluiden om onderling te communiceren:
- klikken: tuimelaar.wav (143 Kilobytes)
- schelden: tuimelaarcursing.wav (196 Kilobytes)
- fluiten: tuimelarwhistle.wav (160 Kilobytes)
Klikkende tonen dienen voor echolocatie (driedimensionale oriëntatie).
Mobiliteit
De snelheid bedraagt ongeveer 19 km per uur, (maximum snelheid 30 km per uur). Kan tot 600 m diepte duiken en tot 8 minuten onder water blijven. Tuimelaars zijn krachtige zwemmers en ze staan bekend om hun acrobatische vaardigheden, zoals het zwemmen op de golven van boten of het opspringen langs boten.
Bijzonderheden
Het zijn meestal zachtaardige, intelligente dieren maar soms doden ze hun eigen jongen. Mannetjes vechten onderling, meestal om een vrouwtje. Er bestaat een vorm van hiërarchie.
Volwassenheid
Vrouwtjes: 5 - 12 jaar; mannetjes: 9 - 13 jaar.
Vruchtbaarheid
Elke 2 tot 3 jaar één kalf.
Voortplantingsperiode
Paartijd varieert, in Europa in de zomer. Draagtijd: 12 maanden.
Zoogtijd
12 - 18 maanden. Het kalf blijft 4 - 5 jaar bij de moeder.
Levensverwachting
30 jaar.
Predatie en Competitie
Onbekend.
Bedreigingen
Alle grote bedreigingen komen van de mens: jacht/walvisvaart (moedwillige vangsten in verschillende landen voor de handel, om als aas te gebruiken of vanwege diverse andere producten). Sommige vissers doden hen vanwege veronderstelde competitie. Andere bedreigingen zijn: overbevissing, verstrikt raken in visnetten (vooral de netten voor tonijnvangst), houden in gevangenschap (dolfinariums), chemische verontreiniging, menselijke verstoringen (door toerisme en scheepvaart), afbraak van de habitat.
Bescherming
EU Habitatrichtlijn: bijlage II & IV.
CMS, app. II: populaties in de Noordzee, Oostzee, westelijk deel van de Middellandse Zee en de Zwarte Zee
CITES, app. II, 13 feb. 2003: populatie in de Zwarte Zee
Bern Conventie Appendix II
Nationale wetgeving in diverse landen.
Aantallen
Schatting van de huidige populatie: onbekend, maar tuimelaars komen lokaal veelvuldig voor.
Samenstelling: Niko den Hollander, vereniging Kust & Zee